Diversity Now!

Diversiteit staat weer op de agenda. In de TrendRede besteedden we er aandacht aan en in de Seizoenen van de Tijdgeest legde ik uit waarom het een typerend Lentesignaal is. Het Nieuwe Normaal wordt op dit moment geformuleerd en juist de groepen die iets te winnen hebben roeren zich. Zo schreef ik al eerder dat transgenders een mediafenomeen zijn geworden het afgelopen jaar. Je komt ze meer op televisie en tijdschriften tegen dan op straat. Zo breken ze de moraliteit open en vechten zich naar binnen als acceptabele levensvorm.

beyonce_formation2-1

Veel zichtbaarder nog is de zwarte strijd. Dat we ons al jaren boos maken om Zwarte Piet is peanuts, de strijd is breder en wordt in de gehele westerse wereld gestreden. Zo begon het Amerikaanse fenomeen Superbowl dit jaar al met het volkslied, gezongen door de heldin aller outcasts, Lady Gaga. Vergis je niet in de implicaties daarvan. Maar de media-aandacht lag vooral bij de opmerkelijke act van Beyoncé, die de brave blanke jongens van Coldplay zo’n beetje van de middenstip blies. Ze zong een fragment uit Formation, een nieuw nummer met een straffe trotse én politieke boodschap. “I like my negro nose with Jackson Five nostrils,” zingt ze. En: “I  just might be a black Bill Gates in the making..”

“I slay,” houdt ze het American football minnende publiek voor. Dat een dergelijk optreden bij een klassieker erg nieuwswaardig maar niet eens onbestaanbaar dan wel wereldschokkend wordt gevonden, zegt al iets over de gewenning aan het krachtige geluid van de diversiteitpleiters. De stemmen verheffen zich deze lenteperiode, velen zullen er nog volgen. m1fz7rlatb62

Wie zet het spoor in Nederland uit? Sylvana Simons doet haar best, Humberto Tan frummelt soms aan de grenzen die RTL stelt aan een talkshow. Zelf vond ik de clip die Fresku verleden jaar maakte sterk en duidelijk in zijn boodschap. Er is iets aan het bewegen. Let er maar op, de komende tijd. Er zijn openingen geforceerd en die worden langzaam maar zeker opgevuld met nieuwe gezichten. Die we al snel weer heel normaal vinden.

Blue, blue.

Nooit meer verrast worden door een oude liefde. Dat was even slikken, vanochtend. Door de jaren heen viel ik van de ene verbazing in de andere. Diamond Dogs, Scary Monsters, Earthling, het zijn albums, naast veelgeprezen albums als Heroes of Ziggy Stardust, die ik ademloos afluisterde. Station to Station draaide ik grijs op mijn studentenkamertje, een traantje wegpinkend bij Stay.

Ooit wil ik een boek schrijven over de muziek en de stijltransities van David Bowie, als perfecte illustratie van de seizoenen van de tijdgeest. Ik kan er niet goed tegen wanneer alles hetzelfde blijft. Daarom was ik fan van Bowie. Vanaf het moment dat ik hem in zijn hansopje Rebel Rebel zag playbacken in TopPop, in 1974. David Bowie was nooit een werkelijke lieveling van de muziekpers, al lijkt dat nu even zo. Het woord kameleon werd nogal eens als verdachtmaking ingezet. Zou zijn muziek wel blijven? De meeste recensenten zijn jongetjes die van jongetjesmuziek houden. Iets met authenticiteit, gitaren, jeans, of de combinatie ervan in Bruce Springsteen. Niets op tegen, maar beperkt. Je essentie steeds opnieuw vorm geven, in de voortsnellende tijd, dat is pas authenticiteit. Mooi dat hij altijd bleef. En hij bleef mooi.

Ik hoorde vrijdag Blackstar. De muziek sloeg me in mijn gezicht. Ik heb geen enkel verstand van akkoorden, ruimtelijke effecten en instrumentbeheersing, maar de muziek raakte me onmiddellijk, als vanouds, door zijn stem en zijn muzikale visie. Dat we langzamerhand de tussenruimte zoeken, het andere in de ander opzoeken, heeft hij zelfs op het laatst als geen ander aangevoeld. Blackstar is een echt lente-album. Een experiment in muziek. Diep emotioneel, soms bijna gebroken, maar zoals altijd bij Bowie blijft zijn stem in maat met de muziek. Ik proefde er urgentie in. Droefheid, afscheid ook. Ik dacht dat het ging over een man van achter in de zestig, bang voor de dood. Daar ging het ook over, maar directer dan ik dacht. I’m dying, zingt hij in Dollar Days. Het vloeit naadloos over in zijn allerlaatste nummer, met een citaat uit een eerder meesterwerk (het album Low), de reikhalzende mondharmonica van A New Career in a New Town. Even cynisch als veelzeggend om mee af te sluiten. Ain’t it just like him?

Lenteakkoord..?

Veel vragen kreeg ik over het klimaatakkoord dat is bereikt in Parijs. “Dat is zeker wel een lente-teken, hè?” kijken mensen me dan hoopvol aan. Lente, zou kunnen. Of toch eerder zomer?
In De Seizoenen van de Tijdgeest beschrijf ik hoe de tijdgeest zo om de vijf à zes jaar omslaat. Lente, dat is de tijdgeest van pioniers, kleine groepen die de norm ter discussie stellen, iets nieuws op de kaart zetten, taboes doorbreken. Het is al even lente in de tijdgeest. De omslag vond al rond 2012 plaats. Kijk naar de vele nieuwe maatschappelijke coöperaties, de mensen die binnen de zorg (Buurtzorg!) of het onderwijs (hoeveel initiatieven zijn er ondertussen niet..?) de bestaande orde flink hebben opgeschud. Ik merk het tijdens lezingen: de zaal is er nu massaal van overtuigd dat verandering broodnodig is – en snel moet komen. Een enorm verschil met vier jaar geleden!
Een lente-icoon in het klimaatdebat is in mijn ogen Stichting Urgenda. Zij wonnen het proces over overheidsmaatregelen rondom het klimaat, dit jaar. Daar hebben ze jaren hard aan gewerkt. Het klimaatakkoord is zeker een hoopvolle doorbraak. De massale omarming ervan is echter eerder het logische gevolg van alle pioniers, de actiegroepen die de afgelopen jaren zo hard hebben gestreden en de wetenschappers die geduldig bleven uitleggen dat de klimaatsceptici toch echt ongelijk hebben gehad. Zomer, dat is de tijd dat een breed deel van de samenleving(en) het vernieuwende gedachtegoed omarmen en naleven: zomer is de tijdgeest van de implementatie. Leve het klimaatakkoord, dat sowieso. Lente op weg naar zomer, zullen we het zo zien?

Tijdgeest en Kunst

Zo om de vijf à zes jaar maken we een tijdgeestomslag mee, verwoord ik in De Seizoenen van de Tijdgeest. Dat illustreer ik met voorbeelden uit de populaire cultuur (film, muziek, televisie) omdat die het snelst meebewegen met de tijd. Maar ook aan moderne kunst wijd ik een hoofdstuk. En dus aan het werk van Erwin Olaf, een fotograaf die ik hoog heb zitten. Zijn werk reflecteert de tijdgeest zo mooi en binnen ieder seizoen weet hij krachtige beelden te maken. De laatste (winterse) jaren veel verstild werk vol referenties aan oude schilderkunst, bijvoorbeeld. Zie Grief, hieronder, uit 2007. Maar nu hangen er op de fotobeurs Unseen ineens twee werken van hem die me diep raakten om hun engagement, hun krachtige statement. Anger en Tamed heten ze en zijn een reflectie op de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo. Olaf in de Volkskrant: “iedereen gaat over tot de orde van de dag en schikt een beetje op. Langzaam maar zeker worden ons de normen van een ander opgedrongen.” Zoals bij zoveel goede kunst zie ik meerdere lagen in de foto’s. Ze raakten me in ieder geval. Steeds vaker zie ik weer engagement in de kunst. Dat past bij de tijdgeest. En Erwin Olaf heeft zijn hele carrière al laten zien dat hij de tijdgeest goed in de vingers heeft.
Schermafbeelding 2015-09-21 om 21.27.38 Erwin Olaf: Grief (2007)

Schermafbeelding 2015-09-19 om 15.15.41 Erwin Olaf: Tamed (2015)

Vlam in de pan?

Lente is een mooi seizoen, vind ik persoonlijk. Hoewel ik tijdens het schrijven van De Seizoenen van de Tijdgeest elk seizoen heb leren waarderen – we hebben ze allemaal nodig, zo blijkt – hou ik toch echt van het opbloeien van nieuwe intiatieven, van mensen die door barrières heen durven breken en nieuw terrein betreden. Lente is ook een gevaarlijk seizoen.. Voor de gevestigde orde. Als de maatschappij al een beetje opgewarmd raakt door vernieuwers en hemelbestormers, kan zo maar de vlam in de pan slaan. Sociologen stellen dat maar 20% van de bevolking veranderingsbereid hoeft te zijn, dan slaat de opinie om en kan iets waar we dachten nooit vanaf te willen of kunnen ineens gaan schuiven.
Voorbeeld? Begin jaren 90 werkte ik voor Levi’s en gaf ze een trendpresentatie, waarin ik twee nieuwe spelers liet zien. Gap Star en Diesel. Ik vond ze gevaarlijk omdat ze zo duidelijk de taal van de jeugd spraken. Levi’s lachte het wat weg. Ze hadden 50% van de markt, dat kleine grut, dat was toch gerommel in de marge? G-Star is ondertussen al jaren het meest succesvolle merk jeans in Nederland.. Het begint in een periode dat we nét iets meer open staan voor vernieuwing, en dan gaat het plotseling snel..
Diesel for Successful living

Toen de eerste studenten de Universiteit van Amsterdam bezetten, reageerden de media nauwelijks. Maar na een week werd het wel nieuws en ging het nog best snel. Louise Gunning moest vertrekken en het lijkt nu wel duidelijk dat er iets zal veranderen binnen de universiteit. En niet alleen daar. Het Rendementsdenken staat ferm op de maatschappelijke agenda, ook als we het hebben over zorg of onderwijs. Een echte lentegolf..
En nu las ik gisteren dat Rutger Bregman zijn actie ‘Ik stap over van bank‘ is begonnen. Na een dag zeggen 1600 mensen dat ze gaan overstappen. Ik ben nieuwsgierig of ook hier de vlam in de pan gaat en er zomaar een omslag komt: duizenden mensen die, na jaren van borrelende frustratie over bonussen, mismanagement en niet-geleerde lessen kiezen voor één van de banken die niet meedoen aan de wedloop die zomaar tot een nieuwe crisis kan leiden. Heeft Rutger het momentum te pakken, sluit de massa zich aan bij zijn actie en komt er echt een nieuwe beweging op gang? Gaat de vlam in de pan?
Het is lente in de tijdgeest. Het zou zo maar kunnen.